Sommige architecten beschouwen meubels als kleine gebouwen met voor- en achtergevels. Anderen maken zich los van de bouwkunst en ontwerpen meubels met swingende organische vormen, zoals Jacobsen. Het Keulse MAK stelt de beroemdste meubels van moderne architecten tentoon.
De designexpo’s in London, Parijs en Amsterdam volgen we op de voet, maar we vergeten soms het Museum für Angewandte Kunst in Keulen. Dat bijzondere instituut heeft een rijke collectie van toegepaste kunst uit alle eeuwen en werelddelen. En daar hoort ook heel wat toegepaste kunst bij uit de twintigste eeuw, die we nu design noemen. De verzameling omvat zowel meubels als serviesgoed en eetgerei. Kortom, een ware schatkamer voor wie gek is op design.
In januari pakt het MAK uit met de tentoonstelling 'Van Aalto tot Zumthor: meubels ontworpen door architecten'. Sinds het begin van de vorige eeuw ontwerpen veel moderne architecten meubels voor hun eigen woningen, omdat er tot 1960 relatief weinig designmeubilair op grote schaal werd geproduceerd. Zo zijn er op de expo unieke stukken te zien van bekende namen als Otto Wagner, Frank Lloyd Wright en Walter Gropius.
Natuurlijk waren er vroeger al designmeubelbedrijven, zoals Thonet, maar die meubels waren niet overal even gemakkelijk verkrijgbaar. Tussen ’60 en ’90 was het aanbod van de designindustrie zo groot dat architecten zelf minder meubels gingen maken.
Intussen is dat wel weer zo, niet enkel voor een specifiek project, maar ook direct voor designproducenten, zoals de architecten Daniel Libeskind, Zaha Hadid, Shigeru Ban, Ron Arad, Gae Aulenti, Hadi Teherani en Peter Zumthor.
Op deze expo krijg je uiteraard ook werk te zien van klassieke tenoren zoals Gerrit Rietveld, van wie de Rood-blauwe stoel nog steeds populair is, of van Arne Jacobsen, de man van de Mierstoel en de Eizetel. Ook een expo over de meubels van Belgische architecten zou trouwens best een boeiend onderwerp kunnen zijn.
Tot 22 april 2012
Meer info : www.makk.de
.JPG)
